Notificatie
Rode bolletjes. Witte stipjes. Vlaggetjes en cijfers in cirkeltjes. Ik zit hier alleen in mijn kamer. Achter mijn computer. Niemand is in de buurt, maar ik weet dat ze me zien. Door die signalen dus. Notificaties. Meldingen die zeggen: we weten dat je hier was. Op Twitter, Facebook. Op al die andere exotische platformen waar je online rondhangt. We weten dat je er bent. We weten waar je komt. En we willen dat je weet dat wij er ook zijn.
Oh, het zijn niet iedere keer dezelfden hoor, die me bekijken. Dat zou te makkelijk zijn. Dan kon je zo'n persoon gewoon opzoeken en vragen waarom hij zo vervelend doet. Het zijn iedere keer anderen. Dan liket die, dan geeft die weer een hartje. Alsof het allemaal netjes afgeproken is. Dat is het niet. Ik geloof niet in complotten. Het zijn steeds weer anderen en die weten allemaal van niks.
Het is alsof je in een huis woont met zware gordijnen voor de ramen. Dat is overdag niet fijn. Veel te donker en benauwd. Dus schuif je die gordijnen af en toe open en laat je jezelf zien. Heel normaal. Buiten op straat is het druk. Er lopen voetgangers, er rijden fietsers. Dus als je door de ramen kijkt, zie je allemaal mensen. Heel gewoon.
Maar dit. Dit is alsof je die gordijnen openschuift en steeds loeren al die mensen bij jou naar binnen. Niet opvallend, niet heel erg opvallend tenminste, maar je weet dat je bekeken wordt. Door iedereen. Steeds andere mensen, steeds andere tijden, maar altijd dat bekijken. En je kunt het niet negeren. Want er zijn likes, stats, kliks en notificaties die je anders vertellen. Overal. Door alle kieren in je huis sluipen ze naar je toe.
Dat grijpt me soms naar de keel. Dan heb ik liever dat de computer de gordijnen weer even dicht doet. En de computer moet daarna misschien maar even onder het bed. Of in de vuilnisbak. En de telefoon erachteraan. De deuren op slot. Ja, dat zou zeker beter zijn. Maar dan is het weer zo donker hier.