Oceaan
Misschien was ze te vroeg vertrokken vanochtend. Was de reis interessanter geweest als ze zich had moeten haasten. Dan had ze moeten roeien, met haar armen. Nu kon ze niet anders dan achterover liggen en een beetje zonnen. Ze probeerde ontspannen op haar rug te liggen. In haar blauwe bikini. Die ene, die haar zo goed stond.
De oceaan was rustig vandaag. Er stond weinig wind. Een paar wolken dreven door de blauwe lucht, maar al met al was het prima weer. Vanuit een zakje dat aan de rand van het luchtbed bevestigd was en dat half in het water bungelde, haalde Diane een tube zonnebrandcreme. Voorzichtig, om het opgeblazen, plastic bed niet dubbel te laten klappen, ging ze zitten en met trage bewegingen begon ze zichzelf in te smeren.
Toen ze aan haar benen wilde beginnen, zag ze dat ze niet meer alleen was. Een honderdtal meter verderop dreef een ander luchtbed, met daarop ook een vrouw. Kennelijk een zakenvrouw, want ze was gekleed in een modieus, maar zakelijk mantelpak in verschillende grijstinten. De zakenvrouw lag op haar rug en was druk bezig met haar telefoon.
'He!' riep Diane en ze stak haar hand op.
Ze wist eigenlijk niet waarom ze dat deed. Ze had de vrouw immers niets te zeggen. Maar ze had ook niets te doen. De behoefte om gedag te zeggen welde onverwacht in haar op en het was eruit voor ze er erg in had.
De zakenvrouw draaide zich op haar zij en bekeek haar met een waakzame blik. Maar voor ze iets terug kon roepen ging haar telefoon. Ze nam op, luisterde even en gaf toen boos antwoord. Als kogels schoten de woorden de telefoon in, het leek wel alsof ze blafde. Diane bekeek het bewonderend.
Toen het gesprek afgelopen was, pakte de zakenvrouw een tas, die blijkbaar, net als Diane's zakje met zonnebrandcreme, aan de andere kant van het luchtbed half in het water had gehangen. Ze haalde er een notitieblok uit en begon aantekeningen te maken.
Diane voelde het toen nog een keer opwellen, die aandrang om gedag te zeggen. Het begon in haar buik en leek dan in één keer door haar keel te golven. Haar mond opende zich al. Maar dit keer wist ze zich te beheersen. Het zou toch niet werken. Ze spraken allebei een andere taal, dat kon je al van ver zien. Van het geblaf zojuist had ze ook geen enkel woord begrepen.